Actuarieel thema 2

Financieel Toetsingskader (FTK)

In het Financieel Toetsingskader (FTK), onderdeel van de Pensioenwet, zijn de wettelijke financiële eisen aan pensioenfondsen vastgelegd. Het FTK stelt voorwaarden aan de financiële gezondheid van een pensioenfonds en is opgebouwd rond de principes van marktwaardering, risico-gebaseerde financiële eisen en transparantie. In 2015 is het FTK vernieuwd om meer stabiliteit bij pensioenfondsen te creëren in antwoord op de grotere schommelingen op de financiële markten.

Inzet Pensioenfederatie

Sinds 1 januari 2015 is het gewijzigde financieel toetsingskader (nFTK) van kracht. Bij de behandeling van de Wet aanpassing financieel toetsingskader heeft de Eerste Kamer een motie aangenomen die de regering verzoekt om binnen drie jaar na de inwerkingtreding een breed en gedegen onderzoek te doen naar de effecten van de Wet aanpassing financieel toetsingskader (motie Ester c.s.). Het ministerie van SZW heeft de evaluatie inmiddels uitgevoerd. Volgens het planningsoverzicht van SZW zal de evaluatie in het eerste kwartaal van 2018 aan de Tweede Kamer worden gezonden.
De inzet van de Pensioenfederatie bij de evaluatie van het Financieel Toetsingskader is om de technische knelpunten te verbeteren en de onduidelijkheden die nog in het toetsingskader zitten helder te krijgen. In het evaluatietraject zijn voor ons stabiliteit, het kunnen uitoefenen van een optimaal beleggingsbeleid, het behoud van bestuurlijke verantwoordelijkheid en een andere invulling van de haalbaarheidstoets de belangrijkste onderwerpen.

Nieuws en achtergronden

Een nieuw element dat werd geïntroduceerd in het huidige FTK is de haalbaarheidstoets. De invulling ervan stuit nog altijd op veel kritiek in de sector. Ondanks het feit dat deze kritiek al meerdere malen bij de wetgever onder de aandacht is gebracht, is de haalbaarheidstoets ongewijzigd gebleven. We zullen deze kritiek tijdens de evaluatie van het FTK wederom onder de aandacht brengen.

Het voornaamste doel van de haalbaarheidstoets is dat het bestuur en sociale partners kunnen beoordelen hoe de gemaakte beleidskeuzes en gekozen ondergrenzen zich verhouden tot de geformuleerde pensioenambitie. De uitkomst van de haalbaarheidstoets is een signaalfunctie voor het bestuur en sociale partners om eventueel het beleid bij te stellen.

Zoals de wet nu invulling geeft aan de haalbaarheidstoets, wordt niet voldaan aan dit doel:

  1. De huidige invulling van de haalbaarheidstoets sluit niet aan bij de fonds specifieke uitgangspunten. Hierdoor herkennen de bestuurders en sociale partners zich niet in de uitkomsten en wordt de haalbaarheidstoets vooral gezien als een verplichte invultoets die niets toevoegt.
  2. Daarnaast zijn er andere doelstellingen, die ook worden gekoppeld aan de haalbaarheidstoets, die het behalen van de primaire doelstelling in de weg zitten. Denk aan vergelijkbaarheid tussen fondsen en communicatie richting deelnemers.
  3. Enkele elementen van de haalbaarheidstoets zijn erg complex en worden hierdoor moeilijk doorgrond, zoals de definitie van het pensioenresultaat en de ondergrenzen. De complexiteit van deze onderdelen maakt het moeilijk om hierop beleidskeuzes te maken. Sommige eisen werken zelfs belemmerend.

De introductie van de haalbaarheidstoets heeft ertoe geleid dat veel fondsen hun risicohouding hebben geconcretiseerd. De haalbaarheidstoets bevordert daarnaast de communicatie tussen sociale partners en fondsbesturen. Dit zijn positieve werkingen van de haalbaarheidstoets. Een haalbaarheidstoets die beter aansluit bij de fondsspecifieke eigenschappen kan deze positieve werking alleen maar versterken.

Openbare documenten